LOKSTEM VAN DE ZEE


OOSTENDE – Man redt kind uit zee.

Marinus liet zijn krant zakken en nam een flinke slok van zijn Stella Maris.

Zo'n heldendaad hoeft men van mij natuurlijk niet te verwachten. Heb nooit leren zwemmen. 'Vreemd toch,' zo merken binnenlanders op, 'dat een kustjongen niet zwemmen of zeilen kan?' Alsof een bergbewoner perse een alpinist zou moeten zijn.

Aan het naburig tafeltje was een jonge vrouw komen zitten. Prachtig golvend koperrood haar; blanke huid als dat van Sneeuwwitje; blauwe kijkers die hem onbeschaamd lachend aankeken. Verlegen ontweek Marinus haar blik en keek door het raam van het café naar de zee.

Er is iets vreemds aan de hand met de zee. Er ontbreekt iets … maar ik zou niet weten wat …

"Van hieruit kun je de lokstem van de zee niet horen," zei de vrouw.

"Euh … Wat bedoel je?"

"Dat je van hieruit de lokstem van de zee niet horen kunt."

Knettergek!

"Mijn naam is Muriel …"

"Euh … Marinus …"

"Onze namen passen heel harmonisch bij elkaar, vind je niet? Het kan niet anders of Poseidon moet ons voor elkaar voorbestemd hebben."

Knettergek!

"Waarom kijk je zo stomverbaasd? Marinus betekent 'zeeman' en Muriel 'zeeglans'. "

Muriel nodigde hem uit aan haar tafeltje en bestelde champagne. Tijdens het vrolijk gesprek merkte Marinus ineens de vliezen tussen haar vingers …

Toen ze samen buiten stapten, hoorde Marinus het ruisen van de zee, en besefte ineens wat er daarnet aan de zee ontbroken had: binnen was die zachte muziek immers niet te horen.

Lokstem van de zee?

Muriel haakte haar arm in de zijne en zei: "Let's go to your place!"

Terwijl ze zich in de slaapkamer uitkleedden, zag Marinus hoe er tussen haar grote en kleine geen tenen groeiden ...

Kreeftpoten!

Ze doken in bed en nooit eerder had Marinus zich zo gezond als een vis gevoeld …

Muriel bleef logeren. Een week later zaten ze samen in het café waar ze elkaar voor het eerst ontmoet hadden. Er heerste een oorverdovende stilte in de verlaten gelagzaal. Marinus kreeg last van oorsuizing. Ook meende hij vaag muziek te horen … Muriel veerde recht en liep zonder een woord uitleg te geven naar buiten.

Knettergek!

Maar hij liep haar toch achterna. Volgde haar over de zeedijk tot aan het strand. Zag hoe ze zenuwachtig langs de vloedlijn heen en weer liep. Hoe ze zich uitkleedde; door het zeewater waadde en wegzwom … Golven van verdriet overvielen Marinus … Een zee van verlangen … Hij rende naar het strand; kleedde zich uit; waadde door het zeewater en zwom Muriel met forse slagen achterna …

Hé wat gebeurt er? Ik kan zwemmen als een vis!


© Gilbert Voeten 2002

Terug naar Verhalen